Neen tegen pesticiden

Dat de biodiversiteit in zowel natuur- als landbouwgebieden achteruitgaat, is al in verschillende onderzoeken aangetoond (Hallmann 2017). Meerdere oorzaken zijn hiervoor aan te wijzen; verdroging, stikstofneerslag  maar ook bestrijdingsmiddelen behoren in dit rijtje.

Bij het erkennen van bestrijdingsmiddelen wordt echter niet gekeken naar de manieren waarop deze middelen zich in de samenleving verspreiden, noch worden ze gemeten. Niemand weet momenteel hoever de op akkers gebruikte middelen zich verspreiden en in welke hoeveelheden.

De effecten van deze stoffen op mensen, planten en ecosystemen worden door de overheden niet onderzocht, waardoor deze onbekend blijven. Onafhankelijk onderzoek dat reeds gebeurde, heeft echter aangetoond dat zelfs lage concentraties van bestrijdingsmiddelen grote invloed hebben op insecten en vlinders.

Voor de burgerorganisatie Meten-Weten is het onaanvaardbaar dat de overheid haar burgers en de natuur niet beter beschermd. Om die reden voerde ze in 2022-2023 een grootschalig wetenschappelijk onderzoek uit. Vier locaties in Drenthe en 3 locaties in de Veluwe werden geselecteerd voor monsternames van lucht en eikenblad.

De vaststellingen zijn zeer zorgwekkend:

  • Er is het hele jaar door chronische blootstelling aan bestrijdingsmiddelen, wat overeenkomt met eerdere onderzoeken.
  • Glyfosaat en AMPA werden op alle locaties in de lucht gevonden. De hoogste concentratie werd gemeten in een Natura 2000-gebied dat 1342 meter van de akker verwijderd is.
  • Bomen absorberen bestrijdingsmiddelen uit de lucht. De pieken van concentraties bestrijdingsmiddelen in eikenblad en in luchtfilters kwamen in veel gevallen overeen. Onze inheemse Eik herbergt de meeste inheemse insecten en net op eikenblad werden 52 verschillende pesticiden aangetroffen.
  • Van de 69 in de luchtfilter gevonden stoffen zijn er 22 stoffen (16 %) als bestrijdingsmiddel verboden. Van de 52 in het eikenblad gevonden stoffen zijn er 12 stoffen (24 %)  niet toegelaten.
  • Zo werd de gevaarlijke stof fipronil teruggevonden op twee locaties. Deze stof wordt in de sapstroom van planten opgenomen en komt in het stuifmeel en nectar van de planten terecht. Hierdoor worden de planten zeer giftig voor bestuivende insecten.
  • Tot 2023 was fipronil nog toegestaan in producten voor het bestrijden van kakkerlakken en mieren, maar het is nog steeds aanwezig in vlooien- en tekendruppels voor huisdieren. Wanneer een hond na behandeling met fipronil in een water springt, kan dit leiden tot een lokale milieuramp voor de aanwezige insectenlarven. Planten langs de oever nemen het gif ook op, waardoor de bloemen schadelijk worden voor bijen en vlinders.
  • Er zijn 30 fungiciden gemeten die in de landbouw preventief worden gebruikt. Deze fungiciden werken hetzelfde als de schimmelmedicijnen in ziekenhuizen. Het preventief gebruiken van deze fungiciden heeft grote gevolgen. De schimmels passen zich namelijk aan de pesticiden aan waardoor de medicatie tegen schimmelinfecties bij mensen steeds slechter werkt.

Met dit onderzoek is aangetoond dat bestrijdingsmiddelen tot ver in natuurgebieden voorkomen, en duidelijk dat deze daar een negatieve, misschien wel desastreuse werking kunnen hebben op de aanwezige biodiversiteit.

Wil je meer informatie?Via deze link kan je het verslag van het onderzoeksproject downloaden.

Ook interessant om te lezen: