Ontdek de structuur van je tuinbodem!

Uiteraard kan je een grondstaal laten nemen door een erkende firma zoals De bodemkundige dienst van België. Zij doen voornamelijk bodemonderzoeken voor boeren maar je kan er ook terecht als particulier.

Zo kom je via een analyse te weten welke bodemstructuur je hebt, hoe hoog je percentage organische stof in de grond is en wat je PH (zuurtegraad van de bodem) is. Tot hiertoe dus heel interessant.

In hun advies verwijzen ze vervolgens naar chemische meststoffen die je moet gebruiken. Dit is niet interessant voor ons maar geeft wel een indicatie over tekorten of teveel aan NPK.

Is dit nodig? In mijn ogen niet tenzij je echt met zware problemen kampt waar je geen oplossing voor ziet. Je kan ook gewoon beginnen met een spade in de grond te steken, met het blote oog kan je ook de structuur van je bodem beoordelen.

structuur tuinbodem

  1. Fysische kenmerken van de bodem
  2. Je haalt met een spade een stuk grond naar boven, neemt het vast en laat het terug vallen op de grond.

    Hoe zit het eruit?

    Valt het als het ware in grote kruimels uit elkaar, dan heb je de ideale bodem.

    Zijn de stukken afgerond geblokt, dan voldoet de grond ook nog maar als zich scherphoekige stukken tonen, dan wijst dit op verdichting en slechte bodemstructuur.

    Wat is de kleur van je grond?

    Steek met je spade een stuk grond af en kijk naar de kleur die zichtbaar wordt. Grijze, blauwe plekken wijzen op rot, veel te vochtige grond en slechte waterinfiltratie. Roestplekken tonen dat het grondwaterpeil schommelt gedurende het jaar.

    Hoe donkerder de grond, hoe meer organische stof aanwezig is.

    Kijk tijdens het groeiseizoen ook eens naar de wortels van de planten!

    Wortels, zeker van wortelgewassen zoals pastinaak en eetwortels, moeten diep in de grond kunnen doordringen. De wortels moeten recht groeien. Krijg je veel vertakkingen of bolletjes op de wortels, dan wijst dit op een verdichte grondstructuur.

    Je kan ook een scherpe stok in de grond steken en voelen hoeveel weerstand er is.

    Opgelet: eetwortels kunnen ook vertakken als je recentelijk mest hebt ingewerkt. Ze verdragen dit niet.

    Water dat na een hevige regenbui letterlijk blijft staan, wijst op een slechte waterinfiltratie en ook weeral op een verdichte bodem.

    grote kruimels grond

  3. Biologisch kenmerken
  4. Regenwormen

    zijn een indicator voor een gezonde bodem. Heb je twee tot drie regenwormen per kluit grond, dan zit je goed. Meer dan vijf regenwormen per kluit is zeer goed.

    Welke onkruiden groeien er in je tuin?

    Heb je veel vogelmuur, dan wijst dit op een goede toestand van je bodem. Dit weten verzacht misschien de last van vogelmuur te moeten wieden! Netels en zuring wijzen daarentegen op een slechte bodem.

    Heb je een actief bodemleven?

    Dit kan je gemakkelijk testen met de theezakjesmethode.

    Graaf theezakjes van groene thee of rooibosthee in de grond. Laat het 2 à 3 maanden in de bodem steken. Graaf ze dan terug op en kijk wat afgebroken is. Hoe meer organische stof aanwezig is, hoe actiever de bodem en hoe meer zal afgebroken zijn.

    Deze test doe je als de grond voldoende is opgewarmd (eind april) en zeker niet in de wintermaanden want dan is er sowieso minder bodemleven.

    aarde in hand

  5. Chemische kenmerken
  6. De chemische kenmerken van de bodem vind je terug op het verslag van de bodemanalyse.

    O.S. = organisch stofgehalte: hoe hoger, hoe beter

    PH = zuurtegraad van de bodem: deze varieert naargelang de grondsoort. Kijk hier voor meer informatie.

    C/N verhouding= de verhouding tussen het percentage koolstof en stikstof in de bodem: bij een lage C/N verhouding, komt er meer stikstof vrij. Bij een hoge C/N verhouding, wordt er meer stikstof gebonden.

    Nutriëtenstatus= verwijst naar de hoeveelheid voedingstoffen die aanwezig zijn: concreet gaat het over hoeveel stikstof, fosfor, kalium en magnesium beschikbaar is voor de planten. Hierbij wordt dan geadviseerd wat al dan niet moet extra gegeven worden aan chemische bemesting.