Hoe aaltjes toepassen - Particulier

Aaltjes of nematoden kunnen op twee manieren gebruikt worden. Als je larven wilt doden in de grond spreken we over een grondbehandeling. Wil je larven doden op het blad, spreken we over een bladbehandeling. Bij beide toepassingsmanieren gelden er wel enkele voorzorgsmaatregelen.

Voorzorgsmaatregelen

  • Bewaar nematoden op 5°C.
  • Gebruik de aaltjes vóór de vervaldatum, terug te vinden op de verpakking.
  • Gebruik bij toepassing de totale inhoud van een pakje in één keer indien mogelijk omdat de nematoden niet homogeen verspreid zitten in de gel- of kleiformule. De grote verpakkingen zullen echter moeten opgesplitst worden voor behandeling.
  • Zorg dat de grond vochtig is alvorens aaltjes toe te passen. Beregen dus indien nodig met een sproeitoestel. Na behandeling moet de grond minimum 2 weken vochtig blijven.
  • De bodemtemperatuur moet voldoende hoog zijn om de aaltjes te gebruiken (verschillend van soort tot soort).
  • Toepassen bij bewolkt weer, in de regen of ’s avonds, niet in volle zon. De aaltjes kunnen niet tegen de UV-straling van de zon.
  • Het opgelost product binnen de 3 uur toedienen. Bewaar geen verdund of gemengd product.
  • Verwijder boomschors of andere obstakels waardoor de aaltjes op het oppervlakte zouden kunnen blijven liggen. Spoel bij een grondbehandeling alle planten goed af zodat de aaltjes op de grond terecht komen.

Grondbehandelingen

Nematoden kunnen op verschillende manieren aangebracht worden. Hobbytuinders gebruiken meestal een gieter om de nematoden aan te gieten op de te behandelen percelen of grasvlakten.

Gieter

Aaltjes met de gieter verspreiden is en blijft één van de makkelijkste en goedkoopste manieren. De aaltjes verdunnen en mengen in water en verspreiden met de gieter. Hierdoor geef je direct de nodige hoeveelheid water per vierkante meter.

Rugspuit

Bij het gebruik van een klassieke rugspuit moet aan verschillende voorwaardes worden voldaan.

  • Alle filters <1mm in de toestellen moeten verwijderd worden, de spuitdop-opening moet minimum 0.5 mm of 500 micron zijn, 1 mm is nog beter.
  • De druk mag maximum 6 bar bedragen (dit is normaal geen probleem)
  • De vloeistof moet continue in oplossing blijven om het bezinken van de aaltjes te voorkomen. Schud dus tijdens de toepassing regelmatig met de tank.

Als deze voorwaarden voldaan zijn, kan je nematoden verspuiten. Bij een grondbehandeling geef je met een rugspuit veel te weinig water per m2 waardoor je na de toepassing nog veel extra water moet toevoegen, wat evenveel tijd vraagt als alles met de gieter aangieten. In totaal moet immers 2 l/m² suspensie (water+opgeloste nematoden) worden gegeven.

Nematodenspuit

Sinds kort is er een spuittoestel op de markt, een zogenaamde nematodenspuit waardoor je eenvoudig grote oppervlaktes kunt behandelen en voldoende water per m2 geeft.

Bij de nematodenspuit doe je het pakje nematoden in het reservoir. Je roert goed zodat de nematoden verspreid zitten in het reservoir. De nematodenspuit sluit je met behulp van een standaard tuinslangkoppeling aan op de tuinslang. De watertoevoer via de tuinslang neemt telkens een klein deel van het concentraat uit het reservoir mee en zal zo een evenredige verdeling geven van de nematoden met de juiste hoeveelheid water.

Ideaal om grotere oppervlakten zoals grasvelden met nematoden te behandelen.

Bladbehandelingen

Als je als hobbytuinder een bladbehandeling wil geven met nematoden, kan je gebruik maken van een rugspuit (rekening houdend met bovengenoemde voorwaarden) of een nematodensprayer. Dezelfde algemene voorzorgsmaatregelen zijn hier van toepassing (bij bewolkt weer, bij juiste temperaturen en hoge luchtvochtigheid). Zorg voor een gelijkmatige bladdekking zonder afloop om het verlies van nematoden te beperken. Geef 0.1 L/m2 oplossing. Gebruik 1 mio nematoden voor 20 tot 40 m2 bladoppervlakte.

In geval van een bladbehandeling buiten (op bomen), mag het niet regenen want dan worden de aaltjes onmiddellijk van het blad gespoeld. Een lichte motregen daarentegen kan wel een goed effect geven gezien de luchtvochtigheid dan hoog is tijdens de toepassing en de aaltjes langer leven op het bladoppervlak.

Tijd geven om te werken en herhalen indien nodig

Bij een grondbehandeling

Zo vlug aaltjes of nematoden worden aangegoten in de grond (grondbehandeling) beginnen ze onmiddellijk te werken. Ze dringen door in de grond om op zoek te gaan naar hun prooidieren, hetzij slakken of engerlingen, hetzij emelten of aardwormen enz.

Zo vlug ze het prooidier zijn binnen gedrongen, scheiden ze de schadelijke bacteriën uit en doden ze de eerste gastheren af. Een aaltjestoepassing begint dus onmiddellijk te werken. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat alle prooidieren direct worden afgedood. Je moet de nematoden de tijd geven om nieuwe generaties te ontwikkelen in de dode gastheren en weer nieuwe prooidieren te infecteren.

De eerste twee weken na aangieten zijn het belangrijkste. In die periode kan het merendeel van de prooidieren geïnfecteerd worden. Het is daarom ook essentieel dat minimum deze 2 weken de ondergrond vochtig zal blijven.

Na 2 weken blijven de nematoden verder parasiteren indien er nog prooidieren aanwezig zijn. Hoe meer schadelijke larven of slakken u dus per m2 heeft, hoe langer de nematoden moeten werken en hoe langer je de ondergrond moet vochtig houden. 6 weken na de toepassing sterven de aaltjes af onder invloed van bodemschimmels en van nature aanwezige prooi-nematoden dus indien er dan nog schadebrengers aanwezig zijn, moet je de behandeling herhalen.

Bij een bladbehandeling

Een bladbehandeling is totaal verschillend van de grondbehandeling omdat de nematoden maar enkele uren kunnen leven op een blad. De behandeling gebeurt ’s avonds en ’s morgens sterven de nematoden door de UV straling van de zon. Bladbehandeling hebben zeer wisselend resultaat omdat de aanwezigheid van luchtvochtigheid erg belangrijk is. Herhalingen vinden best plaats met een tussenperiode van een week.