De Dracaena is een kamerplant die goed te herkennen is aan zijn langwerpige, spitse bladeren met de kenmerkende strepen over de lengte van elk blad. De plant komt van oorsprong uit Afrika, maar er zijn ook soorten die in Azië en Midden-Amerika groeien. In Nederland staat de kamerplant ook wel bekend als de Drakenbloedboom, omdat deze vrij taai is en daardoor goed tegen ruige omstandigheden kan. De meest bekende varianten van de Dracaena zijn de Dracaena Marginata, de Dracaena Surculosa, de Dracaena Reflexa en de Dracaena Compacta. Elke soort heeft zijn eigen, onderscheidende kenmerken, maar de verzorging is voor alle Dracaena-soorten nagenoeg gelijk. Hieronder lees je waar je daarbij op moet letten.
Dracaena water geven
Omdat De Dracaena oorspronkelijk uit droge gebieden komt, is de plant gewend om met weinig water toe te kunnen. Geef de plant dus pas water als de grond droog aanvoelt. Dit betekent in de praktijk dat de plant vaak enkele weken zonder water kan na een gietbeurt. Zorg dat je niet te veel water geeft en voorkom dat er een laagje water onderin de pot blijft staan. Het is niet nodig om de Dracaena te sproeien, maar het kan wel helpen om plagen te voorkomen.
Standplaats Dracaena
Hoe goed de Dracaena het doet is onder andere afhankelijk van de standplaats van de kamerplant. Hieronder lees je op welke zaken je moet letten bij het bepalen van een plekje voor de Drakenbloedboom.
- Zorg dat de Dracaena maximaal 3 uur direct zonlicht krijgt (met uitzondering van de Dracaena Song en de Dracaena India)
- Plaats de Dracaena dichter bij het raam als deze niet of nauwelijks groeit
- Zet de Dracaena verder van het raam af als deze lichter van kleur wordt of zelfs geel kleurt.
- Minimale omgevingstemperatuur is 16 ℃ overdag en 12 ℃ ‘s nachts
- Verpot de Dracaena eens in de twee jaar of als de pot te klein is
- Verpot de Dracaena bij voorkeur in de lente
- Gebruik bij het verpotten een nieuwe pot die minimaal 20% groter is dan de oude
Twijfel je of de Dracaena aan verpotting toe is? Er zijn een aantal signalen dat het tijd is om de plant naar een nieuwe pot te verhuizen: een plant die uit verhouding met de pot groeit, wortels die boven de grond uitgroeien, snel opdrogende potgrond en een plant die niet meer groeit.
Dracaena voeden
6 tot 8 weken na aanschaf of verpotting van de Dracaena zijn de voedingsstoffen in de potgrond verbruikt. In de lente- en zomermaanden is het dan aan te raden om de plant speciale plantenvoeding te geven. Geef nooit meer dan de aanbevolen hoeveelheid die op de verpakking geeft en voedt de plant ook niet in de herfst of winter; dit is namelijk schadelijk voor de kamerplant.
Plagen Dracaena
Hoewel de Dracaena niet heel vatbaar is voor plagen, kan het altijd gebeuren dat een plaag zich op de plant vestigt. Je kunt dit voorkomen door preventieve biologische bestrijdingsmiddelen in te zetten. Spint en trips zijn bijvoorbeeld goed tegen te houden met de Soni-mite kweekzakjes tegen spint en kweekzakjes tegen trips. Je kunt de Dracaena ook tegen spint en trips beschermen door de Chrysop in te zetten. In deze handige hangkaartjes zitten de eitjes van de Chrysopa. Maar ook als deze beestjes al over de Dracaena hebben verspreid is, kunnen deze met biologische bestrijdingsmiddelen goed worden aangepakt.
Spint bestrijden op Dracaena
Op het moment dat spint de Dracaena heeft ‘overgenomen’, kun je snel weer van dit beestje af komen door gebruik te maken van Forni-mite en Phyto-mite. Deze roofmijten maken korte metten met zowel de eitjes van de spint als de volwassen exemplaren.
Trips bestrijden op Dracaena
Cucumeris en Orius werken als natuurlijke vijanden van de strips goed als biologische bestrijders tegen deze plaag. De roofwants Orius eet elke dag een groot aantal volwassen tripsen, terwijl roofmijt Cucumeris de eitjes en larven van de trips eet.
Wolluis, rouwvliegjes en schimmels op de Dracaena
Stenema en gele vangplaten helpen om rouwvliegjes in en rondom de Dracaena snel weg te krijgen. De volwassen rouwvliegjes blijven plakken aan de vangplaten, terwijl de Stenema aaltjes de larven van de rouwvliegjes in de potgrond bestrijden. Wanneer de Drakenbloedboom last heeft van wolluis, kun je Chrysop gebruiken; deze hongerige larven eten naast wolluizen bijna elk schadelijk insect op dat ze op hun pad tegenkomen. Schimmels op de bladeren van de plant zijn te voorkomen en achteraf te bestrijden met behulp van de bladmeststof Oenosan.
Bladluis en schildluis op de Dracaena
Zie je veel kleine zwarte beestjes dicht op elkaar op de Dracaena lopen? Dan heeft de plant waarschijnlijk last van bladluis. Het is in dat geval belangrijk om snel een of meerdere biologische bestrijders in de plant uit te zetten. Bladluizen zijn gelukkig goed te bestrijden met Chrysop, larven van de gaasvlieg (Chrysopa), volwassen lieveheersbeestjes en larven van lieveheersbeestjes (Adalia) Houd ook een oogje in het zeil voor de eventuele aanwezigheid van schildluis. Doordat deze beestjes een toxische stof injecteren in de cellen van de plant, kan schade aan de plant ontstaan.
Hulp bij identificatie plaag op de Dracaena
Heb je hulp nodig bij het identificeren van de plaag die op je Dracaena zit? Stuur ons dan een e-mail met een foto van de plant, waarop de beestjes goed zichtbaar zijn. We kijken dan met onze getrainde blik met je mee en laten je zo snel mogelijk weten met welke plaag je te maken hebt en welke biologische bestrijdingsmiddelen je kunt gebruiken.