Zit je beukenhagen vol met luizen? Of zitten je fruitbomen onder de bladluis of wollige bloedluis? Heb je wolluis of bladluis op je collectie kamerplanten? Is je spintplaag uit de hand aan het lopen? Dan zijn de larven van Chrysopa voor jou de ideale bestrijders.
Let op: heb je takluizen of stamluizen? Dat zijn hele grote luizen, op lange poten (ook dromedarisluizen genoemd), die op de takken en stam van bomen sappen zuigen. Dan kan je jammer genoeg geen larven van Chrysopa uitzetten. Onze kleine larfjes kunnen deze grote luizen niet aan.
Inbegrepen bij uw bestelling van Chrysopa:
- Gebruiksaanwijzing
- Chrysopa larven in boekweitdoppenvulling
Larven van Chrysopa
De volwassen gaasvliegen zijn tere, lichtgroene insecten met lange, transparante, fijn dooraderde vleugels en goudkleurige ogen. De volwassen gaasvlieg leeft niet van insecten maar van nectar, honingdauw en pollen. De larven van Chrysopa zijn echte opruimers. Op hun menu staan bladluis, wolluis, wollige bloedluis, beukenbladluis, spint, trips, kleine rupsen, vlindereieren…
Chrysopa is niet zo bekend en daardoor minder bemind. Maar dat is onterecht! Chrysopa larven eten evenveel bladluizen als larven van lieveheersbeestjes. Zeker voor grote oppervlaktes en specifieke problemen zijn ze aan te raden boven larven van lieveheersbeestjes. Ze zijn ook veel goedkoper.
Ze hebben de afgelopen decennia hun dienst op vele vlakken bewezen: ideaal voor bladluis en wolluis te bestrijden, om een grote spintplaag onder controle te krijgen, om beukenhagen te bevrijden van de alom aanwezige wollige beukenbladluis (= geen witte vlieg). Ook om wolluis, bladluis, spint of trips op kamerplanten aan te pakken en wollige bloedluis in appelbomen of andere fruitsoorten te bestrijden.
De gekochte larven worden zeer klein geleverd in boekweitschilfers en blijven daardoor ongeveer twee à drie weken in het larvestadium vooraleer ze verpoppen. Al die tijd kunnen ze jouw planten proper eten!
Hoe larven van Chrysopa gebruiken?
De larven van Chrysopa zitten verpakt in een koker met boekweitschilfers. Dit is de ideale vulstof voor de larven. De larven zijn lichtschuw en verschuilen zich in de boekweitschelpjes. HIerdoor zijn ze bijna nooit zichtbaar bij het uitstrooien van de koker. Er is voedsel meegeleverd voor tijdens het transport. Naargelang de situatie, zet je de larven als volgt uit:
- Indien mogelijk strooi je de larven samen met de boekweitschilfers rechtstreeks op het blad in de buurt van de schadelijke insecten uit. Zo vinden de kleine larven direct voedsel. Ingeval van volgroeide hagen, kun je de vulstof samen met de larven boven over de haag uitstrooien.
- Indien dit niet mogelijk is omwille van teveel wind of te kleine of te gladde bladeren, gebruik je bioboxen of neem je koffiefilterzakjes. Knip de koffiefilterzakjes kleiner tot kleine kuipjes. De verkleinde koffiefilterzakjes hang je met wasspelden of paperclips aan de stengels. De bioboxen kan je direct aan de planten bevestigen. Verdeel de bioboxen of koffiezakjes eerst over de aangetaste planten. Daarna doe je in elk zakje of biobox een beetje boekweitschilfers met larven.
- Ingeval van bomen of jonge haagplanten, werk je ook met bioboxen of koffiefilterzakjes.
Tip: De larven moeten goed verspreid worden over de aangetaste planten, dat wil zeggen veel bioboxen of koffiefilterzakjes hangen met weinig larven in. We raden aan om ongeveer 2 eetlepels Chrysopa per biobox te gebruiken, verdeel de volledige inhoud van de koker in de bioboxen of rechtstreeks op de bladeren. De bioboxen of koffiefilterzakjes dus nooit half vol of vol doen. De larven kruipen er dan niet snel uit.
Hoeveel Chrysopa larven heb ik nodig?
Het aantal uit te zetten larven verschilt uiteraard van de grootte van de planten/bomen en de aantasting. Hoe meer aantasting, hoe meer larven je moet uitzetten. Hieronder vind je algemene richtlijnen per toepassingsgebied.
Bomen
- Stamdiameter 0 - 10 cm = 50 larven
- Stamdiameter 10 - 20 cm = 100 larven
- Stamdiameter 20 - 50 cm = 250 larven
- Stamdiameter >50 cm = 500 larven
Rozen en bloeiende planten
- 3 tot 5 larven per bloeiende twijg
- 10 tot 20 larven bij lage rozenstruiken tot 60cm
Bij hoge aantasting of bij een roos groter dan 60 cm, het aantal uit te zette larven verdubbelen.
Hagen
- Reken 20 larven per lopende meter haag bij een maximum haagbreedte van 1 m en een maximale hoogte van 1.2 m. Ingeval van hogere hagen, vermenigvuldig lengte van de haag x hoogte en reken 20 larven per m2. Verdubbel het aantal larven indien de haag breder is dan 1 m. Verdubbel het totaal aantal larven opnieuw bij zware aantasting.
Moestuin
- 20 larven per m2 bij lage planten tot 60 cm. Bij hogere planten of zware aantasting de hoeveelheid verdubbelen.
Kamerplanten
- 5 tot 20 larven per plant, afhankelijk van de grootte van de kamerplanten en de aantasting.
Niet zeker hoeveel larven je moet uitzetten? Contacteer ons! Stuur eventueel een foto van de aantasting en/of plant door.
Je moet zo doseren dat de gekochte generatie larven je probleem oplost. Twee weken na het uitzetten, gaan de eerste larven verpoppen. Is je plaag nog niet onder controle, best een nieuwe dosis larven uitzetten. De volwassen gaasvliegen die uit de poppen komen, neigen om te vliegen. Je behoudt niet gemakkelijk een nieuwe generatie in jouw tuin.
Krijg ik zelf last van Chrysopa?
Chrysopa, ook gaasvlieg genoemd, klinkt alsof het een vlieg is maar het is een insect met gazen vleugels vandaar haar naam ‘gaasvlieg’. Chrysopa is inheems en overwintert in de tuin of schuurtjes. Soms zie je ze ook in huis, ze vliegen altijd naar een lichtbron waaraan ze zich verbranden. Chrysopa of hun larven zijn ongevaarlijk voor de mens.
Als je binnen Chrysopa uitzet, ga je nadien mogelijks enkele volwassen gaasvliegen zien. Maar meestal weinig omdat de larven, als er geen voedsel meer is, elkaar opeten. Daardoor kunnen er maar weinig volwassen insecten ontwikkelen.
Als je Chrysopa buiten uitzet, gaan de volwassen insecten na de verpopping weg vliegen.
Conclusie: geen probleem om Chrysopa gaasvliegen uit te zetten!
Mieren en larven van Chrysopa
In de strijd tegen bladluizen is het belangrijk om vooraf de mieren zo veel mogelijk uit te schakelen. Mieren beschermen bladluizen om te profiteren van de suikersubstantie die de bladluizen uitscheiden. Ze vallen larven van gaasvliegjes lastig zodat deze geen bladluizen kunnen eten.
Als je de mierennest(en) weet zijn, kan je Mier-run aangieten, dit zijn aaltjes die de larven van de mieren in hun nesten vernietigen. Vind je de mierennest niet, kan je ecologische mierendoosjes plaatsen. Je laat minstens een week tussen de toepassing van Mier-run of het plaatsen van een mierendoosje en het inzetten van de larven.
Ingeval je bomen jaarlijks last hebben van bladluis, kan je vroeg in het voorjaar lijmbanden rond de boomstammen bevestigen. Zo kunnen de mieren in het seizoen niet meer in de bomen klimmen en de larven veel beter hun werk doen.
Kan ik larven van Chrysopa bewaren?
Als het te hard waait of heel fel regent, kan je de larven niet uitzetten. Dan moet je ze tot de volgende dag bewaren in de koelkast op 8°C. Je kan de larven maximum enkele dagen bewaren, daarna moeten ze sowieso uitgezet worden.
Spuiten in combinatie met Chrysopa larven?
Chemische of natuurlijke middelen (bv Neemolie, tabak) spuiten in combinatie met nuttige insecten is geen goed idee. Heb je al gespoten en wil je alsnog larven uitzetten, neem dan eerst met ons contact op. We kunnen nagaan of het spuitmiddel schadelijk is voor de larven en hoe lang je moet wachten om ze in te zetten.
Nog vragen?
Biogroei is al 30 jaar actief op het vlak van biologisch bestrijding. We hebben ook zeer veel ervaring met particulier gebruik. Daarom kan je ons tijdens de kantooruren van 9 u tot 17 u contacteren, mocht je nog vragen hebben. We geven je graag een persoonlijk advies indien je dit nodig hebt.